IJsbrekers aan het werk om de vaargeul van de rivier open te breken.
De winter van 1929.
De winter van 1929 was met 14 weken vorst beslist één van de koudste van de vorige eeuw. Eerst in januari 5 dagen vorst, nadien kwakkelen met in de eerste helft van februari zeer strenge vorst. De temperatuur daalde tot ruim min 15 graden Celsius. De vorst was zelfs zo streng dat de grote rivieren waren dichtgevroren. De binnenscheepvaart was toen geheel lamgelegd en uiteraard voer toen het overzetveer naar de Kinderdijk en Krimpen ook niet, men kon te voet de rivier oversteken.
Dat gebeurde op zondag 17 februari, nadat een week daarvoor zich al massa’s drijfijs hadden gevormd.
Enkele weken later konden een aantal ijsbrekers met grootste moeite in slagen een vaargeul open te breken en het ijs naar zee te doen afvloeien.
Op bovenstaande foto ziet u ijsbrekers aan het werk om de vaargeul open te breken. Aan belangstelling was geen gebrek.
Mevr. T.H.Ströpke-Groeneveld uit Krimpen a/d Lek kan zich als meisje van 14 jaar deze strenge winter nog goed herinneren.
Op de Maas aan de zijde van de Zaag was zelfs een ijsbaan aangelegd waar volop geschaatst werd. Op 3 maart, op de verjaardag van haar vader, werd de Lek en de Maas opengebroken door de ijsbrekers van de Firma Eerland.