De Christelijke Jonge Mannen Vereniging "Immanuël" bij het 30-jarig bestaan.
Bij het zien van deze oude foto die ik kreeg van een vroegere kameraad, kwamen direct allerlei herinneringen boven van de tijd dat ik op de knapenvereniging, en aansluitend de CJMV, in Rijsoord zat. Veel mensen van die tijd zie ik nog levendig voor me. Soms schieten me nog bijzonderheden van hen te binnen.
Eerst even terug in de tijd. De knapenvereniging begon altijd eerst met een Bijbels onderwerp. Na de pauze werd er voorgelezen uit het boek Het begon onder melkers tijd, over de slag om Arnhem. Ook de boeken met het fantasieverhaal van Tarzan vond ik ongemeen spannend. Toen ik zestien was ging ik naadloos over naar de Christelijke Jonge Mannen Vereniging, de CJMV. De bijeenkomsten waren altijd op zondagmiddag. Om twee uur opende voorzitter Cor Kooijman, later Leen Blaak, de bijeenkomst. Allebei mannen die voor mij van betekenis zijn geweest. Cor Kooijman - hij was groenteboer in Rotterdam - was voor mij een opmerkelijke man. Hij was goed bespraakt en had veel van de wereld gezien. Hij was in Indië geweest. Dat maakte indruk. Cor had gezag en kon goed met ons opschieten. Leen Blaak was een totaal andere man. Op een geheel andere manier kon ook hij goed met ons overweg. Daarna werden de notulen van de vorige vergadering voorgelezen. Samen met ongeveer 30 of 35 jongemannen luisterde ik kritisch naar wat de secretaris te vertellen had. Dan volgde het onderwerp van die middag. Dat werd verzorgd door een van de leden of een gastspreker.
Een van die sprekers was dokter Crezée. Die had voor ons als onderwerp seksuele voorlichting en opvoeding, voor die tijd revolutionair. Dat heeft wel indruk op me gemaakt. Eerst een beetje gegniffel maar al snel volle aandacht voor de woorden van de dokter die onopgesmukt, in gewone mensentaal, zijn voordracht hield. Na de pauze was er een vrij onderwerp. Alles was dan bespreekbaar. De wereldproblemen werden daar "opgelost" gezien vanuit onze christelijke visie en boodschap. Na de sluiting was het bijna altijd met elkaar zingen rond het harmonium, de zogenaamde psalmen pomp. Jan Ritmeester, of Cor Groenenboom, bespeelden het instrument kundig. Een vast nummer was De Heilige Stad. Dat werd op alle mogelijke manieren gezongen, door vrouwenkoren en door gemengde koren. Wij dus als mannenkoor.
Aansluitend was er om vijf uur de middagdienst. Daar ging ik naar toe. Dat was een min of meer vaste gewoonte. In die tijd gingen we als jeugdgroeperingen al "samen op weg" door af en toe met de Jongemannen Vereniging op gereformeerde grondslag te vergaderen. Wij liepen dus voor op de dingen die later zijn beslag zouden krijgen. De Protestantse Kerk Nederland is nu een gevestigd instituut. Vervelen deed ik me nooit, 's Avonds na het eten zocht ik mijn vrienden van de CJMV of van de Gereformeerde jongeren op, of ze kwamen bij mij thuis. Zo ging dat. Ik besef dat ik daar voor een groot deel door gevormd ben en heb er de beste herinneringen aan.
Herman van Hal.