Contact gegevens

Kerksingel 26
2981 EH  Ridderkerk

Email algemeen: info@oudridderkerk.nl

Bankrekeningnummers:

NL40RABO0355484838

NL93INGB0004208049

KvK-nummer: 41126694

RSIN: 009623851

 

Openingstijden:

 

Woensdag 13:30 - 16:30 uur
Donderdag 13:30 - 16:30 uur
Vrijdag 13:30 - 16:30 uur
Zaterdag 13:30 - 16:30 uur

 

Toegang is gratis!

Expositie Agenda.


Donateur worden?


Privacy-verklaring


Deze website wordt gebouwd, onderhouden, gehost en gesponsord door:


 

Een ritje op een paard, in dit geval een ezel, hoorde bij een dagje uitgaan.

 

In mijn jeugd gingen we soms naar het Wantijpark in Dordrecht omdat mijn tante daar in de buurt woonde. Er werd een oud kleed op het gras uitgespreid waarop iedereen kon zitten.De enige luxe op die dag was een fles limonade gazeuse van Exota bij melkboer de Snoo aangeschaft voor de somma van f. 0,35. Dat spul siste vreselijk als je de fles opendeed. Ik meen me te herinneren dat er nog eens een fles uit elkaar geklapt is wat een behoorlijke rel heeft veroorzaakt.
De oorlog nam in ons gezin een behoorlijk grote plaats in; mijn vader was in mei1940 in Mill gelegerd, krijgsgevangen gemaakt en naar Duitsland afgevoerd. Na een aantal weken vastgezeten te hebben is hij met een dienstkameraad terug komen lopen.Zijn jongste broer was in 1945 doodgeschoten in de Achterhoek waar hij verloofd was met een dochter van de boer waar hij ondergedoken was. Voor zijn aandeel in het verzet heeft mijn vader ook het herdenkingskruis gekregen.
Op de zaterdag vòòr 5 mei gingen we met een bus met oud-strijders die allemaal daar gelegerd waren geweest uit Ridderkerk naar Mill voor de jaarlijkse dodenherdenking. Ik ben een paar keren mee geweest en het was best indrukwekkend. Daarna gingen we naar een café waar mijn vader in de mobilisatietijd kwam en dan hoorde je de verhalen die je thuis niet hoorde.
Het Oorlogsmuseum in Overloon was ook een populaire bestemming waar we ook nog eens met een bus veteranen uit Ridderkerk geweest zijn. Ik herinner me een suppoost die een stel Duitse laarzen liet zien en zei; ‘die dingen staan hier nu al ruim 10 jaar en ze stinken nog steeds naar de Moffen.’
Grote hilariteit, natuurlijk omdat onze Oosterburen in die tijd niet erg populair waren.
Wij zijn ook een paar keer in de Heilig Land Stichting geweest waar mijn moeder eens een suppoost verbeterde toen hij iets foutiefs zei. 
‘U bent zeker protestant?’ vroeg hij, ‘die weten veel meer van de Bijbel dan wij katholieken’.
Mijn vader reed bij de slager op een bakfiets met hulpmotor, een Victoria en ik ben nog wel eens met hem naar Mill geweest zittend in de bak voorop. We waren laat thuis en de hele straat was uitgelopen omdat mijn moeder dacht dat er iets ergs gebeurd was.
Mijn vader had ook een dienstkameraad in IJzendijke, Zeeuws Vlaanderen. Dat was pas een wereldreis want de Deltawerken bestonden nog niet en je moest een paar keer overvaren naar een oever die bijna niet te zien was. Dat was nog eens wat anders dan de Noord. Ik vond het daar meer België dan Nederland, de mensen praatten er net zo en ze vingen ook zangvogeltjes met netten om die te verkopen. 
Later huurde mijn vader wel eens een paar dagen een auto bij Gulden in Barendrecht en voelden wij ons schatrijk als dat ding voor de deur stond.
Veel van de attracties waar wij naar toe gingen bestaan nu nog. Alleen heten ze nu pret- of attractieparken, of zoiets, met veel mechanisch gedoe.
Maar om gelukkig te zijn hadden wij niet meer nodig dan een fles Exota en de pier van Hoek van Holland.

Teun Rijsdijk.