Sloepmakerij Bothoff - W.W. in de dertiger jaren.
"Gaat u die trap maar af en dan bent u er", zegt een vriendelijke juffrouw vanachter de balie in de hal van het gemeentehuis. Zo belandde ik in het gemeentearchief.
Letterlijk en figuurlijk is de drempel tot deze ruimte te hoog. Maar daar ligt héél wat materiaal dat de moeite van het nazien meer dan waard is. Gemeentelijke commissies doen hun werk vaak in de beslotenheid en merkt een gewone burger weinig van hun bestaan. Het is daarom wel eens goed in deze rubriek de aandacht te vragen voor een commissie, die op 1 september 1931 werd ingesteld en de naam droeg: gemeentelijke commissie voor ontwikkelingscursussen voor werklozen.
Met steun van de regering werd door deze commissie een centrale werkplaats ingericht in de voorm. Christelijke School in Slikkerveer. De eerste jaren werd er les gegeven in het vak tekenen en een aantal praktijkvakken, zoals scheepsbouw, werktuigbouw, taal, rekenen en natuurkunde. De lessen in de laatste drie vakken werden blijkbaar niet zo trouw bezocht, want de commissie stelde niet lang na het begin als voorwaarde dat men de lessen voor taal en rekenen moest bijwonen om de lessen in de praktijkvakken te mogen volgen.
Bij de bezuinigingen, die in 1933 aangebracht moesten worden, verdwenen de vakken rekenen, taal en natuurkunde van het rooster en konden de leerlingen (in de leeftijd van 14 tot 40 jaar!) cursussen volgen in lassen, scheepsbouw, werktuigbouw, bouwkunde en elektrotechniek. Het aantal leerlingen schommelde tussen de 60 en 120. "Zomers is de animo uiteraard minder dan 's winters", meldt de secretaris in zijn jaarverslag. Jarenlang was dhr. H. Herwig de leider van de werkplaats en werd hij bijgestaan door o.a. de heren Stam, Booij, Bothoff, Klootwijk, Eijkenaar en Sipman.
In 1935 verhuist de centrale werkplaats naar de sloepmakerij van dhr. Bothoff in Slikkerveer. De lessen worden dan ook weer uitgebreid: per week worden er 23 praktijken 5 theorielessen gegeven! Degenen die de cursussen volgen, kregen dan ook een vergoeding van f 1, - per week. Naast deze cursussen, konden werkloze jongeren ook deelnemen aan praktische arbeid: zo is bekend dat men zich bezig heeft gehouden met de aanleg van plantsoenen aan de Havenkade in onze gemeente.
Niet alleen de 'burgerlijke' overheid deed het één en ander voor de werklozen, ook in kerkelijke kring zat men niet stil.
Omstreeks maart / april 1935 lezen we in de 'Kerkbode voor de Herv. Gemeente te Ridderkerk' dat er een comité is gevormd van ”vooraanstaande personen, welke zich bewegen op kerkelijk- of christelijke sociaal- of jeugdgebied”. Men wil op 27 april 1935 een straatcollecte houden door verkoop van bonboekjes (van 5 cent tot één gulden). Men hoopt op die manier een bedrag bijeen te brengen van f 50.000,-. Of dat bedrag ook gehaald is, is ons niet bekend, maar volgens de Organisatoren vormt dit bedrag "geen onoverkomelijke begeerte'.
Met dat geld wilde men een aantal jongeren uitzenden naar werkkampen, die speciaal voor dat doel ingericht waren. De jongeren mochten zaterdags naar huis om - volgens het bericht - het kontact met de gezinnen niet te verliezen.
In een volgend bericht ontdekken we een aardig gedichtje, waarmee we dit stukje willen besluiten:
Jong Holland snakt naar werk!
Christenen, 't zij vrouw of man
wees menschen van den daad,
open uw beurs als 't maar even kan,
en schaft door uw offer voor velen raad
ieder, vandaag verkochte bon
brengt onze jongens vreugd en Zon.
Soms is geschiedenisonderzoek héél actueel!
Dit artikel verscheen eerder in De Combinatie van 11 mei 1983 en is geschreven door R. Kleiker.
Vervolg Sloepmakerij Bothoff deel 2.