Voor het eerst sinds zestien jaar weer vlasbouw in Ridderkerk, een krantenbericht in het Rotterdams Nieuwsblad op 15 juli 1983.
Niet op een schaal zoals vele decennia in deze streken het geval was maar op een bescheiden oppervlakte. De Ridderkerker T.W. Verplanke begon als experiment een stukje grond aan de Nieuwe Veerweg van een halve hectare te bewerken. Een Barendrechtse loonwerker zaaide het lijnzaad met een oude vlaszaaimachine machinaal in. Het vlas groeide weer weldadig zodat het na verloop van tijd gerooid kon worden.
Omdat er in deze streek geen bruikbare machines beschikbaar waren moest het vlas op ambachtelijke wijze getrokken worden. Twee oude vissers uit Rijsoord, Jaap van Es en Kees Verveer, die vroeger in het vlas hebben gewerkt, verleende assistentie om dit aloude handwerk te klaren.
Met de hand plukte men zes handvollen wat bij elkaar een schrank wordt genoemd. Door de zon ging het vlas dan slinken. Na een paar dagen werd het opgebonden. Daarna werd het weer overeind gezet op hopen van acht schranken om het zo door de wind en de zon te laten drogen.
Na het drogen is het vlas naar Zeeuws-Vlaanderen gebracht waar toen nog de mogelijkheid was voor verdere verwerking
Op bovenstaande foto ziet men mensen vroeger aan het werk met het opzetten van schelven met op de achtergrond het speciale gebouw waarin het zogenaamde “warm waterroten” plaats vindt.
Een van die gebouwen (gebouwd in 1935) is nog terug te vinden aan de Pruimendijk.